In de categorie ‘wat als….’ vindt u situaties die iedere groepswerker vroeger of later tegenkomt in het werken met groepen. Zoals voor elk probleem meerdere oplossingen te bedenken zijn, zo zijn ook voor elke 'wat-als ...-situatie meerdere opties aanwezig.
De bedoeling van onderstaande opsommingen is om het eigen denkkader te verbreden en het repertoire aan interventies uit te breiden. Waar hieronder het woord groep gebruikt wordt kan ook cursus of training gelezen worden.
Wanneer u een aanpak hebt die niet genoemd staat dan willen we die graag toevoegen. Middels de optie onderaan de pagina kunt u uw bijdrage leveren.
1. Wat als een deelnemer geen duidelijk leerdoel heeft ?
Helder moet zijn of het hebben van een leerdoel voorwaarde van de begeleiding is voor deelname aan de groep.
Zoja dan kun je een dergelijke situatie als volgt voorkomen of aanpakken:
- Standaard vooraf aan deelname aan een groep een intakegesprek/doelstellend gesprek voeren o.a. om deelnemer te helpen een duidelijk leerdoel te formuleren.
- Tijdens de eerste bijeenkomst iemand op weg helpen bij de inventarisatie van leerdoelen op een flap-over. Hiermee hoop je in ieder geval een commitment te organiseren.
- In een individueel contact bespreken in hoeverre het nut heeft de groep bij te wonen bij afwezigheid van een eigen leerdoel.
- Een andere optie is ……
2. Wat als onevenredige aandacht naar een persoon uit de groep gaat ?
- Bewust iemand (anders) de beurt geven.
- Beurten door laten geven.
- Het verhaal of de reactie van betreffende persoon samenvatten en daarmee afronden.
- De persoon in kwestie zelf vragen om een afronding of samenvatting ter afronding.
- Betreffende persoon wijzen op gedrag en aangeven wat je als begeleider anders wil. Dit kan individueel – buiten de groep om - maar in sommige situaties juist ook in de groep.
- Een andere optie is ……
3. Wat als een of meerdere deelnemers te laat komen ?
Om te voorkomen:
- Met deelnemers duidelijke afspraken maken over begintijd.
- Belang aangeven van op tijd beginnen.
- Zelf goede voorbeeld geven door structureel op tijd te beginnen. Daarmee beloon je ook diegenen die wel op tijd aanwezig zijn. Indien het zich toch voordoet:
- De laatkomer(s) duidelijk maken wat en waarom je dit gedrag vervelend / storend vindt.
- Iemand individueel aanspreken op zijn gedrag.
- Bespreekbaar maken in de groep; wat is de reden van het te laat komen, wat vinden anderen hiervan, moet de afspraak dan herzien worden, hoe zullen we voortaan omgaan met dit fenomeen.
- Een andere optie is ……
4. Wat als een of meerdere deelnemers hun huiswerkopdrachten niet uitvoeren ?
Om te voorkomen:
- Vooraf het belang en doel van de huiswerkopdrachten kenbaar maken.
- Tips geven over het succesvol laten verlopen van het huiswerk, b.v. door de opdracht te agenderen.
- Laten weten wie ze kunnen bellen als het ze niet lukt.
- Koppels laten vormen die elkaar tussentijds bellen om elkaar te steunen in het maken van de huiswerkopdracht.
- Vooraf als afspraak overeenkomen dat diegene die huiswerk niet gemaakt heeft iets lekkers voor bij de koffie/thee meeneemt.
Indien het zich toch voordoet:
- Navraag doen over de reden(en) van het niet maken van de opdracht.
- Betreffende deelnemer zelf oplossing laten aandragen voor het probleem wat daarmee voor de groep wordt gecreëerd. Hiermee de betreffende deelnemer zelf de verantwoordelijkheid en consequenties laten bewustworden.
- Een alternatieve opdracht meegeven.
- Een andere optie is ……
5. Wat als iemand eerder weg moet ?
Om te voorkomen:
- Duidelijkheid geven over eindtijd.
Indien het zich toch voordoet:
- Reden vragen (liefst individueel) en meedenken over alternatieven.
- Aangeven wat de deelnemer hiermee zal missen.
- Verantwoordelijkheid voor inhalen van datgene wat gemist gaat worden bij de betreffende persoon zelf neerleggen.
- Vervangende opdracht laten bedenken of zelf meegeven.
- Een andere optie is ……
6. Wat als onder een groepsgesprek 2 deelnemers met elkaar praten ?
Om te voorkomen:
- Duidelijke communicatieafspraken / regels overeenkomen.
Indien het zich toch voordoet:
- Terugkomen op gemaakte afspraken; “Zullen we ’t centraal houden”.
- Als punt van orde benoemen en daarmee terugkomen op gemaakte afspraak: een iemand tegelijk aan ’t woord.
- Betreffende personen vragen of blijkbaar iets nog niet duidelijk is.
- Betreffende personen betrekken in groepsgesprek door een vraag te stellen of hun mening / reactie te vragen.
- Stilte laten vallen.
- Navraag doen over reden rumoerigheid.
- Een andere optie is ……
7. Wat als deelnemers negatief praten over afwezig groepslid ?
Om te voorkomen:
- Duidelijke communicatieafspraken / regels overeenkomen aan het begin van de eerste bijeenkomst.
Indien het zich toch voordoet:
- Stopzetten, refererend aan de eerder gemaakte afspraak.
- Stopzetten met argumentatie.
- Een andere optie is ……
8. Wat als deelnemers erg emotioneel worden ?
Hoe hiermee om te gaan hangt ondermeer af van het thema van de groep, het doel van de groep en het stadium waarin de groepsontwikkeling zich bevindt. Hieronder enkele mogelijkheden:
- Benoemen wat je ziet en de betreffende persoon hiervoor de door hem/haar gewenste ruimte en aandacht voor bieden.
- Vragen of betreffende persoon nu of straks iets wil vertellen over wat hem/haar emotioneert.
- Glaasje water laten halen.
- Juist geen aandacht aan besteden bijvoorbeeld door te negeren, over te stappen op een ander onderwerp of een andere deelnemer.
- Een andere optie is ……
9. Wat als deelnemers negatieve ervaringen met groepen of bepaalde werkvormen hebben ?
- Vooraf aan start van de groep juiste informatie verstrekken over de groep en/of gebruikte werkvormen als tegenwicht voor eventuele misconcepties.
- Navragen wat de deelnemers tot dusver gehoord hebben / wat voor beeld ze zich gevormd hebben over deze groep.
- Benoemen dat je weet hebt van mogelijke negatieve beeldvorming. Vervolgens een realistisch beeld geven van wat deelnemers daadwerkelijk kunnen verwachten.
- Navraag doen naar negatieve ervaringen of negatieve beeldvorming en deze laten benoemen.
- Eerst gemotiveerde deelnemers aan een eerste groep laten deelnemen. Om hiermee goede mond op mond reclame / een beter draagvlak te creëren.
- Een andere optie is ……
10. Wat als deelnemers weerstand tonen tegen een rollenspel ?
Om te voorkomen:
- Vooraf aan een rollenspel juiste informatie verstrekken over deze werkvorm als tegenwicht voor eventuele misconcepties.
- Niet als ‘rollenspel’ introduceren maar spreken van ‘een oefening gaan doen’.
- Expliciet aankondigen hoe, waar en wanneer ze deze oefening gaan krijgen.
- Feedbackregels van te voren bespreken waarmee de zorg voor deelnemers meer gewaarborgd wordt.
- Uitleg geven over onbewust – onbekwaam / bewust - onbekwaam……etc. als introductie en motivatie van de oefening.
- Eerst in tweetallen of drietallen laten oefenen, kan goede intro zijn voor mensen met faalangst.
- Eerst gemotiveerde deelnemers aan een eerste rollenspel laten deelnemen.
Indien het zich toch voordoet:
- Benoemen dat je weet hebt van mogelijke negatieve beeldvorming. Vervolgens een realistisch beeld geven van wat deelnemers daadwerkelijk kunnen verwachten.
- Navragen wat de deelnemers tot dusver gehoord hebben / wat voor beeld ze zich gevormd hebben over de werkvorm ‘rollenspel’. Meegaan met goede argumenten / aandacht besteden aan oneigenlijke argumenten.
- Navraag doen naar negatieve ervaringen of negatieve beeldvorming en deze laten benoemen.
- Oorzaak van de weerstand tegen een rollenspel achterhalen; slechte ervaringen met deze werkvorm, eigenlijk niet gemotiveerd zijn voor de groep, niet lekker in je vel zitten …….
- Wanneer iemand beweert dat hijzij de te oefenen vaardigheid reeds beheerst betreffende persoon hiermee complimenteren. Vervolgens hem/haar uitnodigen dan de betreffende vaardigheid aan anderen te demonstreren.
- Uitnodigen om dan een andere oefenvorm aan te dragen.
- Een andere optie is ……
11. Wat als de groep heel stil / passief is of blijft ?
Om te voorkomen:
- Activerende werkvormen en oefeningen.
- Regelmatig korte energizers inlassen.
Indien het zich toch voordoet:
- Feedback vragen over de groep aan ’t eind van de bijeenkomst en daarmee je eigen beeld spiegelen aan wat de deelnemers ervaren / de groep vindt.
- Benoemen wat je opvalt en bevragen in hoeverre deelnemers dit herkennen en kunnen verklaren.
- Iedereen eerst zijn/haar motivatie laten opschrijven van het eigen stil/passief zijn. Vervolgens een ieder uitnodigen dit uit te spreken.
- Een andere optie is ……
12. Wat als je geconfronteerd wordt met een groep met verschillende niveaus ?
Om te voorkomen:
- Voorkomen door voorselectie.
Indien het zich toch voordoet:
- Starten met formuleren van persoonlijke leerdoelen; iedere deelnemer heeft nog wat te leren. Alleen het startniveau kan verschillen.
- In de groep juist gebruik maken van de ervaringen v/d ervaren mensen.
- Mensen die de uitleg / instructie begrijpen deze in hun woorden laten doorgeven aan degeen die aangeeft het niet te begrijpen.
- Rekening houden met subgroepindelingen bv. 1 ervaren + 2 onervaren.
- Een andere optie is ……
13. Wat als je tot aanspreekpunt wordt gemaakt van onvrede over samenleving ?
- Niet negeren. Kan anders werkzaamheid negatief beïnvloeden.
- Helder krijgen of het een individueel of gemeenschappelijk probleem is.
- Onderzoeken wat jij als begeleider kunt doen met deze informatie (signalerende functie).
- Afronden met afspraken over voorgaande en over verdere manier van werken in de groep.
- Een andere optie is ……
Wanneer u een aanpak hebt die niet genoemd staat dan willen we die graag toevoegen !
Ook kunt u zelf een nieuwe Wat als.... situatie inbrengen, graag zelfs !!!
Middels onderstaande optie kunt u uw bijdrage leveren.